Aan het einde van de pieperakker

ik loop over de pieperakker
gespoten loof bedekt de oogst
in regelmaat uitgelijnde ruggen
gekaderd door wat een akker heet

her en der vroegtijdige ontsnapping
door regen blootgelegde vruchten
door zonlicht groengekleurd
verraden zij wat de oogst zal zijn

tussen de ruggen spoort mijn voetpad
behoedzaam volg ik stil mijn weg
naar wat ik sinds lang wilde ontmoeten
daar aan de akkerrand ver weg

het is een bomenpaar los van een rij
windvangers om de rest te beschermen
tegen de droge wind en natte stormen
en het gestuif van de gespoten akker

ze zijn een paar maar niet hetzelfde
de kopse boom is niet meer bij
stervend vallen zijn takken neer
steeds meer steeds meer

de elementen werden hem te veel
of zou het platgespoten loof
een voorbode zijn geweest
wat hem en de rest te wachten stond

de jarenlange oogst van
wat ons voedsel is
laat zo haar dode sporen na
de hele bomenrij zal sterven

nu ik ook kalend wordt
vraag ik me af wiens
wind ik ving en wat
de akker mij gebracht heeft

verjaardagsfoto


hier sta ik net 33 te zijn
of is het zitten wat ik doe

ik hou me onzichtbaar vast

loslaten is geen optie

wachten op de sluitertijd
hij neemt er de tijd voor

en ondertussen scherpstellen
zonder focus te verliezen

na eindeloos klikken sta ik er op
van zitten is geen sprake meer

één zwaluw maakt de lente niet

terug ben ik van weggeweest
mijn vrienden zijn ook meegekomen
we brengen samen lentezon
anders was ik alleen geweest

terug ben ik van weggeweest
mijn vrouw is ook weer meegekomen
we brengen samen levenshoop
anders was ik voor niks geweest

heen ga ik dan van hiergeweest
met al mijn kind’ren hier geboren
en neem dan ook de zon weer mee
zoals het altijd is geweest …….

Zonder woorden

vandaag ben ik bij je op bezoek
om te kijken hoe het met je gaat

er ligt een schrift waarin ik schrijf
voor anderen die na mij komen

je volgt mijn pen met aandacht
alsof het nieuw voor je is

ik zou je willen zeggen wat ik zie
(ant)woorden vinden we niet meer

hoe bereiken we elkaar met woorden
als jij ze kwijt bent en ik ze tekort kom ?

nog beter dan voorheen volstaat een blik
gewisseld tot een moment van herkenning

dag, ik ga weer, tot morgen
we laten elkaar achter in gedachten

op bezoek bij een oude tante

 

Een stapje verder

de wever pakt een nieuwe draad
en weeft; een nieuwe lijn ontstaat
als onderdeel van het geheel
precies op haar bestemde deel
vult zij ’t stramien
een beeld ontstaat; ik ga het zien

kijk ik naar achter zie ik lijnen
gebroken, helder als van glas
kijk ik naar voren zie ik schijnen
het beeld, volmaakter dan het was

ik loop op uitgezette lijnen verder in het landschap
verleden, heden, toekomst: oneindige verwantschap